- 219 pagina’s
- formaat 16 x 24 cm
- 22 euro
Over het boek
Moed geeft ons een duwtje in de rug als we iets willen bereiken dat we echt belangrijk vinden. Moed staat ons bij in situaties die een bedreiging vormen. Als we meevoelen met wie het moeilijk heeft of als we verontwaardigd zijn, geeft moed ons een duwtje in de rug. Maar moed roept ons soms ook op het appél. Moed ontbiedt ons als we bang zijn. Als het leven zijn tanden laat zien, doet de moed op ons een beroep. Moed maant ons aan als we erover twijfelen of onze actie wel iets zal uithalen. Zo balanceert moed tussen iets dat van onszelf uitgaat en iets dat naar ons toe komt. Moed is dus zowel een deugd als een kracht.
Bij het schrijven van dit boek, moest ik geregeld denken aan mensen uit mijn omgeving die met volgehouden moed zich voor iets inzetten, die daadkrachtig maar bedachtzaam handelen. En ook aan mensen die zich niet door tegenslagen van hun stuk laten brengen en aan zij die de handen uit de mouwen steken als een mistoestand aangepakt moet worden. Dit boek is aan hen opgedragen.
Niet alleen mensen uit mijn kennissenkring, maar ook min of meer bekende personen inspireren me. Ik haast me om erbij te zeggen dat het niet de klassieke helden zijn die ik voor ogen hou, maar mensen die gewoon doen wat ze moeten doen, die tonen hoe moed het verschil kan maken tussen een oppervlakkig en een aanstekelijk leven. Ze tonen waar ze voor staan en waar ze voor gaan. Ik laat je kennismaken met enkele van mijn rolmodellen van moed.
Naast deze rolmodellen belicht ik sprekende voorbeelden over moed of het gebrek aan moed uit de literatuur, film en andere kunstvormen. Ik hoop dat deze illustraties je ervaring verrijken en je intuïtief doen aanvoelen dat je in moeilijke situaties ook anders kunt reageren: minder angstig en met meer durf, minder twijfelend en met meer volharding, minder afstandelijk en meer betrokken.
Het tegenovergestelde van moed is niet zozeer lafheid, maar onverschilligheid. Zeker in onze tijd is dat zo. Maar zelfs als je niet onverschillig bent, is het niet evident om in de bres te springen voor wat je waardevol acht. Angst is het die ons het meest ontmoedigt. Angst om te mislukken, angst voor tegenslagen, angst voor de reactie van anderen, angst voor het onbekende, ja zelfs angst voor het leven.
Angst maakt je vleugellam. Moed geeft je vleugels. Ik hoop dat je in dit boek de kracht vindt om moedig voorwaarts te doen wat je moet doen. Want als jij het niet doet, wie dan wel?
De coverfoto
Op de cover van De moed om mens te zijn zie je een foto van een kunstwerk van Dirk de Keyzer. Het beeld kreeg als titel De reisleidster.
Kies de rubriek ‘Sprekende beelden’ als je meer wilt vernemen over het beeld De reisleidster van Dirk de Keyzer.
Inhoudstafel
Een ode aan de levenskracht
De moed om mens te zijn is geen zelfhulpboek en ook geen psychologische verhandeling over het thema moed. Ik bestempel mijn boek als ‘een ode aan de levenskracht’. De voorbeeldfiguren in het boek tonen hoe mensen standhouden als het leven zijn tanden laat zien. Het zijn geen historische helden, maar doodgewone mensen die ik in the picture plaats. Ze zijn ook telkens een toonbeeld van morele moed: ze tonen waar ze voor staan en waar ze voor gaan.
Een van deze moedige en eenvoudige mensen is Etty Hillesum. Deze Joodse vrouw verloor haar levensmoed niet toen zij tijdens het terreurbewind van de nazi’s net als zoveel andere mensen in mensonterende omstandigheden terecht kwam. Haar dagboek, waarin ze beschrijft wat dit leven onder de nazibezetting met haar doet, is een getuigenis van levenskracht.
Omdat Etty Hillesum iemand is die me blijft inspireren, schreef ik een kleine ode aan deze moedige vrouw:
Etty,
Zoveel groter dan je eigen kleine ik.
Zorgzaam voor anderen, een pleister op vele wonden.
Een stem die spreekt
met vele monden
over de buitenwereld die jou niet klein krijgt
en je binnenwereld die je sterk maakt.
Je wankelde niet toen een duivels regime zijn klauwen uitsloeg.
Tegen de tragiek van het bestaan antwoordde je vanuit je innerlijke kracht.
Jij bent een van de kraanvogels
die in V-formatie de grijze lucht doorklieven
en koers varen op hoopvolle kusten.
Je houdt me in de ban met je levenswijze woorden:
‘Al blijft ons één nauwe straat
Waardoor we mogen gaan
Boven die straat
Staat toch de héle hemel.’
Het boek De meeste mensen deugen van Rutger Bregman bleef bij Danny Van De Velde nazinderen. Bregman haalt in zijn boek heel wat voorbeelden aan van mensen die in heel moeilijke situaties leefden en juist dan het beste van zichzelf gaven (of ‘en juist dan deugdelijk gedrag vertoonden’). In tijden van oorlog bij voorbeeld tonen mensen solidariteit en deugdzaamheid. Maar, dacht Van De Velde, hoe reageren mensen in rustige en comfortabele tijden? Zijn denken resulteerde in het recent verschenen boek De moed om mens te zijn.
Spontaan denken wij bij moed aan heldenmoed. Aan mensen die uitzonderlijke prestaties leveren. Maar zo benader ik moed niet. Ik heb het niet over het stellen van grote, spectaculaire daden. Ook al wordt daar in onze maatschappij veel aandacht aan besteed. In mijn boek werk ik twee categorieën uit: morele moed en levensmoed.
Wat ik schreef, is geen zelfhulpboek. Zo bestaan er al veel. Ik wil fundamenteler nadenken over ons leven: wat betekent leven? Wat wil je bereiken? Waar wil je voor opkomen in deze turbulente tijden?
Opkomen voor wat jij belangrijk vindt
Morele moed gaat om keuzes maken. Om het goede doen. Om de kleine goedheid en de kleine hoop. Al moet ik bekennen dat hoop een begrip is waar ik het moeilijk mee heb. Alsof alles vanzelf zal gebeuren en wij maar moeten hopen of beter gezegd: wachten tot het komt. We moeten ook zelf dingen doen, denk ik. En dat vraagt moed. Nog eens, niet in de zin van grote daden stellen, maar in het opkomen voor wat jij belangrijk vindt.
Moed om in het leven te staan
Er is ook nog de levensmoed: gewoon in het leven staan midden alle uitdagingen en tegenslagen, maar ook kansen. In onze maatschappij zie je veel mensen die geen zin in hun leven vinden. Of er wordt eenzijdig op het materiële gefocust. Ik wil helemaal geen cultuurpessimist zijn, maar we leven wel sterk in een wellnesscultuur. De consumptiemaatschappij legt daar ook de nadruk op: haal je waardering en geluk uit het materialisme. Maar dat is het echte leven niet, denk ik.
Omarm het leven, met het mooie en het lastige. Daarin zit de levensmoed. Ik denk regelmatig terug aan een buurvrouw uit mijn jeugd. Zij was verlamd en kon daardoor nooit haar huis verlaten. Ondanks de heel moeilijke situatie waarin zij leefde, straalde ze toch levensvreugde uit. Dat was heel opmerkelijk. Mensen kwamen bij haar op bezoek en zij gingen gesterkt terug naar huis. Die buurvrouw toonde me: ook als je ziek bent, kan je van het leven houden en een zinvolle rol vervullen. Daarin zit voor mij de echte levensmoed: omarm het leven.
Een oproep tot reëlisme
Wanneer je tot voor kort het begrip reëlisme in Google intikte, vond je welgeteld 1 hit. Ondertussen zijn het er al een stuk of 5. Dit nieuwe woord staat centraal in mijn beleving en mijn denken. Het is niet hetzelfde als realisme. Ik vertrek wel vanuit de realiteit, niet vanuit een ideologie of utopie. En die realiteit is wat ze is. Maar tezelfdertijd – en dat drukt het begrip reëlisme uit – is er ook altijd iets meer. Laat het me concreet maken: oorlog is een aanwezige realiteit in onze wereld vandaag. Maar er is ook meer dan dat. Wij zijn toch niet op de wereld om oorlog te voeren? Zo blijf ik in de spanning staan van de realiteit én van wat meer is.
Mens-zijn is zin vinden
Heel wat mensen worstelen met het vinden van zin. Dat zie ik ook bij jongeren. Ik ben sinds mijn pensioen vrijwilliger bij TEJO, een laagdrempelig initiatief om jongeren onmiddellijk, anoniem en gratis therapeutische hulp te bieden. Jonge mensen zijn echt op zoek naar zin en zien soms weinig perspectief en hoop.
Ik ben ervan overtuigd dat zingeving te maken heeft met wat je wil doen voor anderen en voor de wereld. Opnieuw bots ik hier met ons hedendaagse aanvoelen. Veel zelfhulpboeken spreken over jezelf realiseren. En dan hoor je mensen zeggen: “Als ik gelukkig ben, zal mijn leven zin hebben.” Maar ik draai het eigenlijk om: “pas als je zin beleeft, zal je gelukkig zijn.” Daar ben ik tegen diepste van overtuigd.
De kracht van verhalen
Vroeger hadden we een soort van collectief van verhalen. Denk maar aan de Bijbelverhalen die in ons gemeenschappelijke geheugen zaten en die een kader vormden om vanuit te leven. Waar vinden we vandaag die verhalen? Dat houdt me wel bezig. Waar vinden mensen vandaag zin? Want zingeving is zeker niet iets dat je alleen moet maken. Je ontdekt dat ook. Je ontvangt het. Maar dan moet je wel bronnen van zin ontdekken en daar kunnen verhalen je toe inspireren.
Daarom laat ik in mijn boek ook mensen aan het woord. Ik vertel niet hun levenshistoriek, maar wat hen inspireert. Soms bekende figuren, zoals Etty Hillesum, maar even vaak gewone mensen. Die gewone mensen tonen in hun leven van elke dag wat moed kan betekenen.
Voor elk van ons is het zo belangrijk om medestanders te hebben. Onderling deel je je verhalen en ervaringen. En dan besef je ook ten diepste: ik sta er niet alleen voor om de wereld wat menswaardiger te maken
Mijn citatenschriftjes
Soms vragen mensen me wel eens: hoe kom jij tot het schrijven van een boek? Het is begonnen in mijn studententijd: uitspraken, citaten, filmfragmenten of een zin uit een lied die me inspireerden, noteerde ik in mijn zogenaamde citatenschriftjes. Dat heb ik mijn hele loopbaan als vormingswerker, docent en directeur van een college blijven doen. Eénmaal met pensioen heb ik al die schriftjes van meer dan 40 jaar ver ter hand genomen. Ik herkauwde wat ik geschreven had en begon er mijn eigen commentaren bij te schrijven. Zo groeien mijn ideeën.
Uitgangspunt voor mijn boek de moed om mens te zijn was de vraag of je echt een crisis nodig hebt om goed mens te zijn. Denk maar aan de coronatijden de voorbije jaren. Midden de lockdown en de eenzaamheid was er plots veel solidariteit. Iedere avond opnieuw klonk applaus voor de mensen in de zorgsector. En nu, waar is ons applaus? Moeten we dan echt uitgedaagd worden door een crisis om het beste uit onszelf naar boven te halen? We leven vandaag opnieuw ons comfortabele leventje. Waar zit de uitdaging nu? Ik ben ervan overtuigd er hiervoor verinnerlijking nodig is. Alleen dan stel je je de vraag: wat wil ik van mijn leven maken?